Analytisch denken is in diverse situaties en problemen op grondige wijze onderzoeken, ontleden, of er verbanden zijn en daaruit logische conclusies kunnen trekken. Ontwikkelbaarheid = moeilijk
Wat is Analytisch denken?
Analytisch denken = het effectief oplossen van problemen door vragen te ontleden in kleinere delen, verbanden leggen en logische conclusies trekken. Je weet welke informatie nodig is om een probleem op te lossen.
Wat is analytisch denken voorbeeld?
Analyseren is het grondig onderzoeken en ontleden van iets. Dit kunnen bijvoorbeeld problemen of gegevens zijn. Het doel van een analyse is om een conclusie te kunnen trekken en meer inzicht te krijgen van het onderwerp. Om iets te kunnen analyseren, moet het opgedeeld worden in verschillende onderdelen.
Wat is de valkuil van analytisch denken?
Overanalyseren ontstaat bijvoorbeeld omdat je gewoon doorslaat in jouw kwaliteit analytisch. Dan is het de valkuil die bij jouw kwaliteit hoort. Maar er kunnen ook andere redenen zijn: Het is een vorm van in je hoofd leven, waarbij je niet voelt en maar blijft denken en rationaliseren.
JUNIOR GEDRAGSKENMERKEN Analytisch denken
- Maakt onderscheid tussen hoofd- en bijzaken.
- Onderzoekt online naar ontbrekende gegevens om een zo compleet mogelijk beeld van de situatie te krijgen.
- Stelt vragen bij onduidelijkheden om de situatie helder te krijgen.
- Weet feitelijke informatie te scheiden van meningen of veronderstellingen.
- Laat middels doorvragen merken niet alles voor waar aan te nemen.
MEDIOR GEDRAGSKENMERKEN Analytisch denken
- Bepaalt eerst de hoofdlijnen en detailleert later.
- Toetst beweringen, meningen en veronderstellingen.
- Overziet de consequenties van bepaalde keuzes.
- Brengt complexe of tegenstrijdige informatie terug tot kernonderwerpen.
- Legt verbanden en ziet overeenkomsten tussen verkregen informatie.
SENIOR GEDRAGSKENMERKEN Analytisch denken
- Legt verbanden met vraagstukken in de markt of in andere organisaties.
- Weet vlot en objectief ‘de vinger op de zere plek te leggen’.
- Baseert conclusies niet op aannames maar op feiten.
- Maakt de juiste inschatting(en) van ontwikkelingen die gevolgen hebben op langere termijn.
- Maakt de juiste conclusies en neemt hierover besluiten.